Coronalezing 1 – Yoga en discontinuïteit

Ik heb een tijdlang niet op mijn weblog geschreven. Ik heb het wel geprobeerd, maar ik merkte dat ik in deze discontinuïteit veel meer behoefte had aan een face to face contact dan aan het geschreven woord. Het gesproken woord zoals nu is dichterbij, juist omdat we steeds anderhalve meter afstand moeten houden en elkaar niet kunnen aanraken. Daarom ben ik mij gaan richten op videolezingen, korte lezingen van een half uur, die ik om de twee dagen geef, voornamelijk aan mijn leerlingen (ik heb er tot nu toe vier gegeven). Dat bevalt mij goed. Maar ik mis toch ook het contact met jullie, de lezers van mijn weblog.
Gelukkig worden de videolezingen nu uitgewerkt (door Liny Bosland en Joan Galama, waarvoor mijn hartelijke dank) en kan ik ze hier op mijn weblog plaatsen. Ziehier de eerste lezing. Het is meer spreektaal dan jullie van mij gewend zijn, maar dat heeft ook wel wat.
Ik wens je toe dat je in deze tijd van distantie aanwezig kunt zijn, je verbonden kunt blijven voelen met de bron en dat je kunt geven wat je te geven hebt. Een hartelijke groet.

*

De tekst van de videolezing:

Welkom in mijn werkkamer. Ik vind het prettig jullie hier te ontvangen. Zeker in deze tijd.
Ik had er veel zin in om het contact weer in de diepte voort te zetten. Dat had ik deze winter toch al de hele tijd. Vandaar dat ik ook retraites tussendoor had georganiseerd. Ik had minder behoefte om vrij te hebben. Vrij waarvan? Dít is mijn vrijheid.

Je ziet hier mijn werkkamer in beeld. Niet iedereen is hier ooit geweest. Ik hou van deze plek op de Zaadmarkt in Zutphen. Ik werk hier bijna iedere dag twee keer anderhalf uur en dan ga ik tussendoor naar de overkant, naar Hanneke. Links achter mij zie je een schilderijtje. Dat is van Robbie. Robbie was het eerste hondje dat ik had. Wij hadden vroeger thuis altijd dieren. Honden, katten, kippen, een loopeend, mijn moeder hield van dieren. Dit hondje hadden we in de oorlog. We hebben dit hondje niet opgegeten. De poes hebben we wel opgegeten. Daar heb ik geen schilderijtje van.
Ik zal je een foto van mijn moeder laten zien. In het lijstje van dit schilderij zit de foto van mijn moeder met Robbie weer op haar arm, ik was net geboren. En in het lijstje zit ook een foto van mijn vader. Die is van twee maanden voor zijn dood. Ze waren 40 jaar getrouwd. Mijn vader was zakenman en mijn moeder was een groot liefhebber van dieren. En ze was liefhebber van het gekooide dier. Overal waar we waren ging ik met haar mee naar de dierentuin. Ik heb een herinnering aan de dierentuin van Antwerpen, we hadden hapjes bij ons voor de dieren. We hadden een banaan meegenomen die mijn moeder gaf aan een aapje dat zijn hand door de mazen van het gaas stak. Dat heeft op mij als kind een sterke indruk gemaakt. Dat de aap die banaan beetpakte en hem niet meer door de mazen kon terugtrekken. Als hij hem had laten vallen had hij hem van onderuit door de sleuf die er was naar binnen kunnen trekken. Maar wat hij deed was dat hij hem door het gaas probeerde te trekken. Toen mijn moeder de aap wilde helpen en de banaan wilde overnemen, werd de aap gek van woede. Hij krijste tegen het gaas aan. ‘Domme aap’, zei mijn moeder. Ik weet niet of het echt gebeurd is, ik herinner het me alleen maar.

Ik moest afgelopen dagen aan dit voorval denken. Omdat het zo’n goed beeld is van fixatie. Van je vastklampen aan een concept. Doordat je het beetpakt zit je vast aan het concept. In plaats dat het concept tot je beschikking staat en je er iets mee kunt doen, je er mee kunt voeden en het je geheel ter beschikking komt, zit je gekluisterd aan het concept.
Waar we zijn in deze tijd waarin de continuïteit doorbroken is, deze wonderbaarlijke diepe, rustige, liefdevolle tijd van discontinuïteit, merk je dat het sterkste concept wel is het concept van de toekomst. Dat je de toekomst en je voorstelling van de toekomst wilt vastgrijpen, hoe die moet zijn en hoe die niet moet zijn. Op het moment dat je dat vastgrijpt ben je als de aap die door het gaas heen de banaan pakt en zo zichzelf vastzet.
Parallel met het concept van de toekomst is er het concept van het verleden. Het verleden borrelt op in deze tijd. Je zult merken dat juist in deze rust, deze situatie van stilte en onthechting die we collectief beleven, er situaties uit het verleden opborrelen die vergeving behoeven. Dat is het verleden.

Het andere is de dwingende voorstelling die de toekomst wil weten, vasthouden en beheersen. De toekomst is primair iets dat we niet kunnen weten, is primair baringsmogelijkheid. Is primair drempel, overgangssituatie en daar staan we als collectiviteit op die drempel. Ik vind het verwonderlijk en verheugend hoeveel zuiverder en edeler de mens hierin is dan je van tevoren mogelijk zou denken.
Ik vind dat we het als collectiviteit, als domme massa heel goed doen. Maar natuurlijk is het aan de enkeling de vraag: hoe open ik mij in de periode van vasten en onthouding voor datgene in mij wat toekomst wil worden.
Vergeet niet, het is door de coronacrisis dat het lijkt alsof het om iets anders gaat, maar we zitten in de paastijd. Het is Pasen aan het worden, onderweg naar Goede Vrijdag, dat is nu aan het gebeuren. Het vrij zijn en het niet meer in welke vorm dan ook gedupeerd zijn, zoals mijn oude leraar Kaiser het noemde. Het niet meer slachtoffer zijn, maar een scheppend wezen dat zich manifesteert in liefde en in creativiteit en waar het nieuwe en onbekende doorheen komt.
Dat is nog eens een andere toekomst dan de toekomst die door angst wordt bepaald.

Een vriend, Martien Janssen, stuurde mij een artikel dat hij had vertaald. Het artikel heet De wereld na Corona. En de schrijver, Matthias Horx, zegt daarin :

Mij wordt momenteel vaak gevraagd wanneer Corona voorbij zal zijn en alles weer normaal wordt. Mijn antwoord is: nooit. Er zijn historische momenten waarop de toekomst van richting verandert. Wij noemen die dan bifurcaties, een gaffelvormige splitsing. Of diepe crisis. Deze tijden zijn nu. De wereld zoals we die kennen is aan het oplossen maar daarna komt een nieuwe wereld samen waarvan we de vorm tenminste kunnen raden.

En even verder:

Voordat ik doorga wil ik je vragen of je op een andere manier naar de toekomst wilt kijken. Niet-prognostisch, vanuit een prognose, vanuit een voorkennis naar de toekomst kijken, want dat is wat we doen, zoals we nu zijn en daar trekken we een lijn in door naar de toekomst. En daar zitten vaak onze angstige verwachtingen in. De prognose of de hoop. Er is nog een andere manier, namelijk dat je vanuit de toekomst naar nu kijkt. En als je dat doet ontstaat er een andere situatie.

Ik deed dat vroeger vaak als oefening. Dan zei ik: ‘Hoe ben je over vijf jaar, hoe kijk je over vijf jaar terug naar deze periode in je leven?’
Wat je merkt is dat er behalve de verwachtingsvolle angst die mensen hebben, waarmee ze zeggen als dit of dat maar niet gebeurt, er nog iets anders is op het moment dat ze terugkijken op de situatie. Dat is Wijsheid. De wijsheid dat een licht zich in de tijd en door alles heen, door alle kruiswerking heen manifesteert. En met die wijsheid verbind je je wanneer je niet prognostisch bent.
Ga maar na, een moeilijke periode in je leven van twintig, dertig jaar geleden. Iets heel naars. Dat kennen we allemaal, anders zouden we geen mensen zijn. We hebben allemaal rampzalige vernauwingen gehad. Hoe je toen in die vernauwing keek en hoe je nu ziet dat de vernauwing in jouw leven kentering is geweest. Diezelfde vernauwing die je toen zag als afsluiting, waarvan je toen dacht dat je je misschien wel zou willen verhangen omdat alles afgebroken leek te worden van wie je was. Maar als je terugkijkt zie je dat wijsheid en licht daardoorheen een weg heeft gevonden en zich daardoorheen heeft uitgedrukt. Een scheiding, een ziekte, een verlies, een financieel verlies, onrecht, opeens zie je dat het zwarte brok geen zwart brok was maar een richtingaanwijzer.

Datzelfde is er nu ook. Ik vind het een diepe en rustige tijd. En ik ben ervan overtuigd dat velen van jullie helemaal niet in paniek zijn. Dat velen die stille rust ervaren, de beweging die door dit alles heen vanzelf komt. En die net zoals ik ervan genieten als je toch even op straat bent om mensen te zien en aan te kijken. Hanneke groet iedereen en het is leuk om te zien hoe mensen teruggroeten. En hoe daarin iets wonderlijks aan het gebeuren is, vergelijkbaar met wat mijn vader en moeder zeiden na de oorlog. We hadden onderduikers en ze waren bang. Ze zeiden: “De oorlog was de moeilijkste tijd én de gelukkigste tijd. Zo gelukkig zijn we daarna nooit meer geweest. Want alles was waar of onwaar’. Het was zo of het was niet zo. De hele sjoemellaag zat er niet tussen en dat dient zich nu ook aan.

Ik ga nog even naar het artikel van Matthias Horx, dat Martien me stuurde.
Hij zegt als je aan het eind van het jaar terugkijkt naar deze periode dan zie je dat de relatie tussen technologie en cultuur verschoven is. Voor de crisis leek technologie het wondermiddel, drager van alle utopieën. Vandaag de dag gelooft niemand of slechts een paar dinosauriërs nog in de grote digitale verlossing. De grote technologie hype is voorbij, we richten onze aandacht meer op de humane vragen: wat is de mens, wat zijn we voor elkaar. We verbazen ons over humor en menselijkheid die we hebben ontwikkeld ten tijde van de crisis. Het zal ons verbazen dat het vermogensverlies als gevolg van de beurzencrash niet zoveel pijn doet als het in het begin aanvoelde. In de nieuwe tijd speelt het vermogen niet meer de doorslaggevende rol. Belangrijker zijn goede buren en een bloeiende moestuin.

Hier wordt hij wat sentimenteel maar het is hem vergund.
Zou het kunnen zegt hij, dat het virus ons leven heeft veranderd in een richting die je toch al wilde veranderen. Dat vind ik de sleutelzin.

Als je dit goed doet, wat we nu doen, wordt er iets als toekomstintelligentie gecreëerd. We zijn niet alleen in staat om te anticiperen op de externe gebeurtenissen maar ook op de interne aanpassingen waarmee we op een veranderde wereld reageren. Dit voelt heel anders dan een prognose die in zijn apodictische karakter altijd iets doods, iets steriels heeft. We laten de angstverlamming achter ons en keren terug naar de levendigheid die bij elke ware toekomst hoort.

Die aap die de banaan vasthoudt door het gaas, ontbeert levendigheid. Er is alleen maar dit niet en dat wel, met alle planning die daarbij hoort. Toekomst is een staat van voortdurende benieuwdheid. Een speelveld.
Ik ga hier de komende inleidingen op door.

In het verleden heb ik het vaak gehad over discipline en meditatie. Discipline, yoga. Eigenlijk zijn we door het virus in een toestand van yoga gebracht. Het is een Asana waar we in zitten. Een inperking, een vasten. En vervolgens hoort bij yoga dat in die stilte meditatie plaatsvindt. En met meditatie bedoel ik niet zozeer je richten op een Boeddha, maar ik bedoel dat er een staat van vrije benieuwdheid is, zonder gericht perspectief, waar datgene dat zich voordoet, zowel in jouw persoonlijke leven als in het sociale leven dat je hebt, een nieuw gezicht kan krijgen en nieuw vorm kan aannemen.
Ik vermoed dat dit het is wat we in deze tijd kunnen ontwikkelen. En noem dat maar liefde voor je naaste, liefde die niet oprijst maar ís, en die hierdoor wordt geactiveerd.

Er wordt ons een kans geboden.

Dat is het voor nu.

 

Deze lezing is ook als podcast te beluisteren.

Geplaatst in Hans' weblog
10 comments on “Coronalezing 1 – Yoga en discontinuïteit
  1. Hoet Ingrid schreef:

    Dag Hans,

    Dank voor deze en uw andere lezingen Hans.
    Ze openen veel in mij.
    Ik vraag mij af waar ik info kan vinden over uw online lezingen en onderricht.
    Vriendelijke groet,
    Ingrid Hoet.

  2. Hoet Ingrid schreef:

    Dag Hans,

    Dank voor deze en uw andere lezingen Hans.
    Ze openen veel in mij.
    Ik vraag mij af waar ik info kan vinden over uw online lezingen en onderricht.
    Vriendelijke groet,
    Ingrid Hoet.

  3. Carin schreef:

    Dit vind ik heel mooi: Het virus verandert ons leven in een richting die we toch al wilden veranderen.
    van hele harte hoop ik dat ik en heel veel mensen zich “straks ” bewust zullen zijn van de positieve veranderingen in ons persoonlijke leven en wereldwijd.
    dank je wel . Carin

  4. Janneke Blijdorp schreef:

    “De relatie tussen technologie en cultuur is verschoven. Voor de crisis leek technologie het wondermiddel, drager van alle utopieën. Belangrijker zijn goede buren en een bloeiende moestuin”. Wat een wenkend en inspirerend perspectief.

  5. Joyce Lakwijk schreef:

    Afgelopen 24 uur was ik de stilte even kwijt. De angst regeerde. En dan voelt het als druk met de zorg voor 2 zieken, 0 inkomen, etc..Alle levendigheid, blijheid dat ik leef, innerlijke ruimte en benieuwdheid waren foetsie.

    Dus hehe, pff, Ik Ben Er weer. Je woorden zijn in vruchtbare aarde gevallen en hebben me doen landen in mezelf. Dankje Hans.

  6. Petra Bos schreef:

    Mooi Hans. Vanuit de toekomst naar het nu kijken, dat wekt benieuwd zijn.

  7. John Tomesen schreef:

    Hoe troostend en wijs.
    Dank je wel, Hans!

  8. Greet Blok schreef:

    Heel fijn en voedend om te lezen. Dankjewel.

  9. pieter loef schreef:

    met veel dank!

    • Marina voorhoeve schreef:

      Lieve Hans,

      Ik volg je alweer een tijdje. Het is al bijna 35 jaar geleden dat ik de opleiding volgde en daar ben ik nog steeds diep dankbaar voor. Ik heb zoveel van Hanneke en jou geleerd. En nu je mooie lezingen. Hoop dat het goed met jullie gaat. Hanneke zal niet meer weten wie ik ben maar in gedachten geef ik haar een dikke knuffel.

      Marina

Laat een antwoord achter aan Joyce Lakwijk Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*