Restjes

Hebben jullie deze winter ook zo’n last van restjes?
Ik bedoel daarmee dat het zo duidelijk niet volmaakt is. Je doet je best, natuurlijk, maar er zijn toch steeds losse eindjes, onafheden en dingen die net niet kloppen, net niet helemaal – een laatste puzzelstukje dat niet past in de laatste open plek. Dan kan je het er wel in stampen, maar dat blijf je toch zien.

Dit soort ongenoegen wordt versterkt doordat na weken van verkoudheid de griep is doorgebroken, ook bij Hanneke. We liggen bijna de hele dag in bed. Ik schreef gisteren aan een vriend: Ik lig in bed, verkreukeld mijn zonden te overdenken, zoals dat hoort wanneer je griep hebt.
Wat is er veel toch weer anders gegaan dan ik het wilde of bedoelde. Het zijn geen grote misdaden, meer uitglijers, kruimels op het zondagse pak, maar toch…
En ja, ik weet het, perfectionisme leidt in het algemeen niet tot iets goeds. Als je perfect wilt zijn, moet je het perfectionisme afzweren. Nou, dan maar niet perfect, want ik ben nu eenmaal een perfectionist.

Ik kijk op mijn iPhone naar weldadige sportevenementen. Dat helpt tegen het lichamelijk ongemak en de ongedurigheid. Ik kijk bij voorkeur naar snookermatches en wedstrijden van Barcelona tegen Real Madrid, die – heel belangrijk! – door Barcelona zijn gewonnen. Het is altijd weer balsem voor de gekwelde ziel om te zien dat het goede op zijn speelse wijze het kwade kan overwinnen. Hoe de Luciferische narcistische kracht van een Ronaldo (ja, ontegenzeggelijk een heerser, een machtige, een godheid) toch het hoofd moet buigen voor de serene diepzinnigheid van een Iniesta en de ongrijpbare eenvoud van een Messi, de grootste voetballer aller tijden. De eenvoud die het toch wint van alle fysieke kracht, trucs en technische hoogstandjes.

Nu ik het toch over eenvoud heb, moet ik ook nog even de loftrompet steken over Ronnie O’Sullivan, de grootste snookerplayer aller tijden. Als je, zoals ik de afgelopen dagen, Ronnie O’Sullivan op zijn beste momenten ziet, de eenvoud waarmee hij de moeilijkste patronen neerlegt, zijn compositorisch vermogen, de stilte in zijn spel, zonder hapering één zijn met het gebeuren, dan besef je dat volmaaktheid hier op aarde bestaat en dat volmaaktheid gelijkstaat aan het meest eenvoudige. Ik zag hem schitteren tegen Ali Carter en dat is niet bepaald een broddelaar. Ronnie won van Ali Carter in een ‘best of nine’ met vijf ‘centuries’ (meer dan 100 punten, een resultaat waarvoor luid wordt geapplaudisseerd, wat in voetbaltermen een hattrick zou zijn), waarvan één ook nog eens een 147 (one-four-seven – het hoogste dat mogelijk is, eigenlijk het onmogelijke, zoiets als een hattrick tegen Real Madrid). Ongekend, een record, en vooral van grote schoonheid. De schoonheid van het kunstwerk, het meditatieve kunstwerk dat daar binnen de omlijsting van de vier banden ontstaat – nee, ik overdrijf niet –, de schoonheid van de speler, die zelf wordt gespeeld, en die al zijn techniek, zijn ervaring, ten dienste stelt van de Speler die hem doorspeelt.

En ook daarbij zijn er restjes. Ook daar is geen absolute uiterlijke volmaaktheid. Messi geeft, terwijl hij geniaal aan het spelen is, toch opeens een verkeerde pass. O’Sullivan mist een makkelijke kans op voortzetting – fronsend, boos op zichzelf gaat hij zitten en herstelt dan weer, laat de gedachten van zelfhaat en twijfel voor wat ze zijn, staat bij de volgende gelegenheid op en gaat de stroom weer in.
Je hoeft niets van voetbal te weten en niets van snooker om te zien hoe groots dit is. Dit zijn meesters. Het helpt natuurlijk wel als je de regels kent en weet waar het om gaat, want dan kun je beter zien hoe imperfectie – de menselijke conditie, met zijn hebbelijkheden en beperkingen – wordt doordrongen door en opgenomen in het goddelijk spel.

Troost dus voor deze grieperige mens en misschien ook voor de brievenschrijvers van de afgelopen weken. Meditatieve troost.
Meet jezelf niet aan de buitenkant. Biedt jezelf aan, vertrouw je toe. Dat is het enige wat telt. Laat je doordringen. Kijk, wanneer van een echte misdaad geen sprake is, niet te lang terug. Hier is het moment, het moment van herstel. Neem hier de bal aan en besef dat je speelt in een team, geef de bal het effect dat nodig is in deze situatie, en wanneer het je steeds maar niet lukt om het effect te geven dat de Speler in je wenst te geven, train daar dan op. Dat heeft de Speler nodig en dat heeft je team nodig. Trainen, trainen, trainen, totdat het vanzelf gaat.

*

Een restje.
Iemand schreef mij dat ik sta in de scheurkalender van Happinez met de tekst: Vertrouwen is de enige planning. Daaronder staat dat ik een Nederlandse leraar en schrijver ben over jodendom en boeddhisme. Dat is natuurlijk onzin, want daar onderricht ik niet in. En dan staat er op de achterkant ook nog eens een beschrijving van wat mijn werk zou zijn, die ook bar weinig met mij te maken heeft.
Heel raar zoiets. Waarom is mij niet even om toestemming gevraagd? En waarom wordt mij niet gevraagd wat ik van zo’n beschrijving vind? Mijn briefschrijver zegt dat het tegenwoordig gebruikelijk is om voor één zo’n citaat geen toestemming te vragen. Zo kun je dus makkelijk op je eigen termen 365 teksten bij elkaar sprokkelen. De inhoud kost je niets en waarschijnlijk kun je dan ook nog zeggen dat je zo de waarheid en de liefde verbreidt. Ik vind het gewoon onfatsoenlijk. Spiritueel onfatsoen.
Wat ik dan weer wel leuk vind is dat ik 14 maart van een tekst heb mogen voorzien. Dat is de verjaardag van Hanneke. Een mooi toeval. Vertrouwen is de enige planning. Het is niet mijn motto, ik ben het er wel mee eens, maar het is vooral Hanneke’s motto. Dat klopt dus.

*

Een ander restje.
Ik heb met mijn dochter Anna Myrte afgelopen zondag een podcast opgenomen. We waren drie kwartier met elkaar in gesprek, zij stelde mij vragen, ik gaf haar antwoord. Ik was al ziek, maar ik wilde het toch graag doen. We zien elkaar zo zelden, Anna en ik, en we kunnen het zo goed met elkaar vinden – ik wilde deze kans niet voorbij laten gaan.

Het gesprek was klaar, zij zette hem op soundcloud.com en we luisterden er nog even naar. Het klonk wel goed, ik had mijzelf weleens scherper en helderder gehoord, maar je kunt nu eenmaal niet altijd centuries maken, nietwaar. Maar toen, ook doordat de griep sterker werd, ging het spoken. Ik had bij voorbeeld in het gesprek gezegd dat ik mensen leuk vond – leuk! – een totaal verkeerde pass. Ach, dacht ik, ze begrijpen wel wat ik bedoel, ik bedoel dat ik mensen interessant vind, dat ik niet op hen uitgekeken raak en dat ik benieuwd blijf. Ja, me hoela, dat is toch echt wel iets anders dan leuk. Mensen zijn niet leuk, een paar zijn er echt leuk, maar er is een grote hoeveelheid tuig, waar niets leuks aan is. En zo ging het door. Terugkijkend zat ik er een aantal keren echt naast.
Ik zei dat tegen Anna. Zij zei dat het goed genoeg was, maar het zat mij niet lekker. Als ik een verhaal schrijf, dat ernaast zit, kan ik het wissen. Dat hoort bij mijn tak van sport. Wat dat betreft heb ik het makkelijker dan Messi en O’Sullivan. Dus vroeg ik haar om deze podcast weer van de site te verwijderen. Na enig over en weer gepraat (zij vond mij te perfectionistisch en ze vond het ook zonde van het vele werk) heeft zij hem nu toch verwijderd. Lief van haar. Wij hebben nu voor 4 januari afgesproken. Hopelijk spelen we dan de wedstrijd van ons leven.

*

Nog een restje.
De opmerking van Victorine n.a.v. de vorige aflevering: Maar ik begrijp in het schrijven van Longchenpa niet: ‘Sta jezelf en je omgeving toe op te lossen in het licht dat dan opgaat in de leraar.’

Dit is in een notendop hoe ik het zie en het stemt overeen met mijn ervaring: ik, mijn gevoelens en mijn gedachten, en mijn omgeving, mijn wereld, zijn niet twee verschillende zijnsgebieden. Mijn buitenwereld is mijn buitenste binnenwereld en mijn binnenwereld is mijn binnenste buitenwereld. Zij gaan in elkaar over en zijn eigenlijk expressies, beiden, expressies van wat ik in mijn artikelenserie de Ondergrond heb genoemd of de Oneindige ruimte van de geest of de Ware natuur. Tussen binnenwereld en buitenwereld kunnen grote conflicten ontstaan, lijden, beklemming, en die zullen ook bij bijna iedereen ontstaan in het doorsnee menselijk bestaan, maar wanneer het besef komt dat beiden geen aparte werkelijkheid zijn, dat beiden in hun afgescheidenheid illusie zijn, en dat ze toch steeds weer één creatieve expressie zijn, noodzakelijk, onontkoombaar, vrij, in rust en dynamisch tegelijkertijd, blijken ze in licht op te gaan. Eenmalig als een stralende zon of herhaaldelijk als een ketting van lichtpunten. Licht waarin alle tweeheid is opgelost.
Dat ken je toch als je iemand liefhebt, als je van ganser harte je werk doet, als je speelt met een kind, als je naar muziek luistert? Dan zijn er geen twee meer. Dan is er licht, waarin geen aparte persoon is en geen apart zintuiglijk object, maar – oh wonder – wel waarneming, beleving en waarneming van licht. En dan, wanneer dat gebeurt (en maak het niet te groot, maak er niet een enorme verlichting van, want het gebeurt steeds weer, door de dag heen, de opheffing van dualiteit is ook in de kleinste dingen een lampje dat aanspringt), is daar de leraar.
Niet in de eerste plaats de leraar als een persoon, met een bepaald karakter, nee, De Leraar. De Grond die zich mededeelt en scheppend, steeds weer in andere vorm, in de psyche, in de omgeving, spreekt en onderricht geeft.
Waarin jij met jouw omgeving, in jouw wereld, lichtbrenger bent en manifestatie van de Leraar.

*

Nog een laatste restje.
Een brief die tussen de vele brieven in de post kwijtraakte en die nu weer bovenkomt. Een brief met een vraag: over depressie, over wat het is, en of er misschien twee heel verschillende ‘stromen’ zijn. Eén waar ik mee van doen heb, die in wezen positief is en een signaal dat je de juiste richting op duwt als je het toelaat. Als je hiermee te maken hebt, hoef je eigenlijk helemaal niet bang te zijn dat het zo donker kan worden dat je niet meer wilt leven. Maar dat er ook een andere soort is, die veel verwoestender en ondermijnender is en waar het leven alleen nog lijden is. Het puzzelt me of er iets is dat mensen die hieraan lijden kan helpen, of het bij hen ook mogelijk is weer contact te krijgen met het licht en het leven weer zin te geven. En of dat in wezen dan toch hetzelfde is als bij de ‘positieve depressie’. Of dat dat niet zo is, dat er iets wezenlijk anders aan ten grondslag ligt.

Als ik zo’n vraag bij een lezing krijg, zeg ik: ‘Goede vraag!’ Je hoeft maar eens een keer iemand meegemaakt te hebben, die echt zwaar depressief is, die er geen gat meer in ziet, zonder vreugde, zonder kracht, zonder licht, alleen grauw en zwart zijn de tinten. Je hoeft maar eens meegemaakt te hebben dat iemand waarvan je houdt, een goed mens, een einde aan het leven maakt omdat er totaal geen zicht meer is. Als je dat hebt meegemaakt, heb je geen wijze woorden meer tot je beschikking. Geen beloftes, geen methodes, je staat met al je kennis en ervaring met lege handen. Net zoals je met lege handen staat tegenover de verschrikkingen van lichamelijk lijden, van oorlog, van misbruikt zijn, van onrecht.
En toch, en toch, ook al heb ik geen woorden en geen oplossingen, ik weet dat dit alles een kloppend bestaan is, waarin we zijn aangesloten op de Grond. Ook dit hoort erbij, ook al begrijp ik het niet en kan ik het niet rijmen met welk geloofssysteem dan ook.
Als dit het is, als het zo is, dan is dit de opgave. En als ik daarbij niet kan helpen, zoals ik graag wil helpen, dan kan ik niet helpen. Maar als ik wel verbonden ben, ik en die ander hebben met elkaar te maken, dan kan ik niet helpen, maar er wel zijn. Dat heet mede-lijden (let wel niet medelijden), in hetzelfde veld, onmachtig en toch, en toch.
Je kunt geloven dat er een positieve wanhoop is, een duister waar je doorgaat, zodat de transmutatie van lood tot goud kan plaatsvinden. Je kunt dat ook zelf ervaren hebben. Maar dat geloof is eindig. Het helpt even in het alchemistische proces. Maar dan, als de duiven niet neerdalen, is er geen overzichtelijk proces meer. Dan is er lijden en dan ben jij er, zoals jij bent en zoals jij durft en zoals jij antwoord geeft. Dat heet mededogen.
Mededogen is meer en dieper dan procesmatig inzicht op de weg van transformatie en transmutatie. Mededogen is voorbij de woorden, voorbij helpen kunnen. In mededogen ben je hulpeloos aanwezig.

Herinner je je de mensen die bij je waren toen je in nood was? De woorden die van je afgleden. Hoe daar die oneindige afgrond was en is. Herinner je je het wonder? Het licht? Dat werd door niets bewerkstelligd. Het was op dat moment. Het is op dit moment.

En dat, lieve mensen, is Kerstmis.
Het ga jullie goed. Geen restjes meer. Ik ga weer naar bed.

(wordt niet vervolgd)

 

 

 

 

 

 

Geplaatst in Hans' weblog
13 reacties op “Restjes
  1. Martine schreef:

    Hallo Hans, ik heb een vraag aan je. Iets waarover ik me in mijn eigen leven vooralsnog verward voel en waarin ik al een tijdje zoekend ben. Nu ik mijn eigen verwarring in jouw bovenstaande blog weerspiegeld zie, pak ik deze kans met twee handen aan om er jouw gedacht over te vragen:

    Je beschrijft zo helder over datgene wat we als onze buitenwereld ervaren en wat in wezen onze buitenste binnenwereld is; en datgene wat we als onze binnenwereld ervaren, wat in wezen onze binnenste buitenwereld is. Geldt dit dan niet ook voor datgene wat je beschrijft in relatie tot de scheurkalender en de wijze waarop de Happinez omgaat met jouw of Hanneke’s ogenschijnlijke intellectuele eigendom? Ligt de oorzaak van de wijze waarop hier met jou wordt omgegaan niet ook binnenin jou – in de zin dat jouw buitenste binnenwereld een afspiegeling is van jou binnenste buitenwereld?

    Zo nee, wat is dan het verschil?
    Zo ja, wat doe jij binnenin jezelf met de oorzaak van dat wat je als spiritueel zo onfatsoenlijk ervaart?

    Ik ben er heel benieuwd naar, hoe jij dit ziet en daarmee omgaat?
    Hartelijke groeten,

  2. Marjo Korrel schreef:

    Dat moest natuurlijk zijn: ‘in het imperfecte’ 😉 Wel congruent zo.

  3. Marjo Korrel schreef:

    Dank je wel, Hans! Wat een kracht en pracht in deze ‘restjes’ en in het imperfectie. Wat ’n geschenk! Dank je, beterschap voor jou en Hanneke en ’n licht nieuw jaar toegewenst.

  4. Janneke Blijdorp schreef:

    Wat een bijzonder palet van restjes Hans. En wat een geschenk weer.
    Mededogen, voorbij woorden, voorbij kunnen, met lege handen, maar er wel zijn.

    Beterschap en veel licht en liefde in de komende dagen.

  5. icb schreef:

    De mensen die zo het Licht van buiten ons weten weerkaatsen door zichzelf aan te bieden, zich toe te vertrouwen en zich te laten doordringen zijn zeldzaam.
    Zeldzaam zijn zij op je levenspad die onbaatzuchtig en hulpeloos, maar gewoon ‘omdat jij het bent, omdat ik het ben’ naast je wonden durven zitten.
    Een engel verschijnt zich immers ook maar zelden.

  6. Maarten schreef:

    Grieperig dit soort blogs kunnen schrijven, dat is ook een groot Speler.
    Het stuk over depressies is voor mij pure hulp, een pass die ik graag zal voor(t)zetten. Met correcte bronvermelding 😉
    Beterschap voor Hanneke en jou, en veel liefs en licht met Kerstmis – Maarten

  7. Ronald Willemsen schreef:

    Bijna vannacht, om 23:22 u. de winter zonnewende, morgen een vollemaan en mijn verjaardag. En vandaag restjes-dag met woorden voor de ziel. Alle blogs van jou, voor de ziel. De podcasts…en ga zo maar door. Geschenken voor de ziel.
    Zo aan het einde van een voor mij, voor ons, mijn naasten, zeer bewogen jaar, op de valreep nog weer even de herinnering aan het licht en aan het zijn als mens, als unieke mens.
    Dank, dank, dank daarvoor Hans. En ook Anna-Myrte, dank voor het starten van de podcasts.

    Gelukkig heb ik het interview nog beluisterd voordat het werd verwijderd. Misschien was het niet perfect, maar ik vond het vooral heel lief, het contact tussen jullie. De liefde tussen vader en dochter. Samen zoeken, samen op reis.

    Van harte beterschap Hans en Hanneke en heel fijne feestdagen gewenst.

    Hartelijke groet, Ronald.

  8. Anita Hamburg schreef:

    Met liefs Anita ✨

  9. Anita Hamburg schreef:

    Herinner je je het wonder? Het licht ? Dat werd door niets bewerkstelligd ✨

    Dankjewel Hans …

    Ik wens jullie beterschap en fijne rustige vredige dagen

    .

  10. Victorine schreef:

    Lieve Hans, heel duidelijk, dank je wel. Ik las ‘de leraar’ als iets buiten mij; een persoon of een leer. Wat fijn toch dat het veel eenvoudiger en instant te beleven is.
    Ik wens jou en Hanneke een lichte en rustige tijd.
    Liefs, Victorine

  11. Wouter schreef:

    Dominee Gremdaat zou zeggen: ‘Met spekjes.’

  12. Wouter schreef:

    Dominee Gremdaat zou zeggen :” met spekjes”

  13. Wouter Langeler schreef:

    Ha Hans,

    Dominee Gremdaat zou zeggen met spekjes.

Laat een antwoord achter aan Anita Hamburg Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*